Uitgelicht
Eigen familie =
de beste plek
Opgroeien in een veilig thuis binnen een liefdevolle familie, ieder kind heeft er recht op. Het is het beste voor een kind wanneer dit bij de eigen, biologische familie gebeurt. Daar maakt SOS zich sterk voor. Komen kinderen door omstandigheden toch in een kinderdorp of gezinshuis terecht? Dan is hereniging ons doel, mits dit in het belang is van het kind.
SOS psychologe Teresa Ngigi: "Het is voor kinderen belangrijk te weten en te voelen waar zij vandaan komen"
De beste plek voor een kind om op te groeien, is bij de biologische familie. In ons wereldwijde werk zien we helaas vaak dat ouders hun kinderen door zware leefomstandigheden niet kunnen geven wat ze nodig hebben. Armoede, ziekte of het overlijden van één of beide ouders kan ervoor zorgen dat de thuissituatie té kwetsbaar is. In zulke situaties geeft SOS Kinderdorpen prioriteit aan het versterken van de eigen familie. Wij helpen ouders, grootouders of ooms en tantes met dat wat nodig is om kinderen veilig en liefdevol op te voeden binnen de eigen familie en gemeenschap. Zo voorkomen we dat kinderen door hun familie worden verwaarloosd of verlaten.
SOS psychologe Teresa Ngigi benadrukt het belang van opgroeien bij de eigen familie. “Als het mogelijk en veilig is, moeten we er alles aan doen om kinderen te laten samenzijn met hun familie. Ook al zijn het verre familieleden. Het is voor kinderen belangrijk te weten en te voelen waar zij vandaan komen. Een kind dat deze verbinding niet heeft, kan te maken krijgen met een identiteitscrisis. Hij of zij mist het basisgevoel ergens bij te horen.”
Contact houden
Met onze familieversterkende programma’s ondersteunt SOS Kinderdorpen biologische ouders of familie om een veilige thuissituatie te creëren of herstellen. Dit begint met een persoonlijk en haalbaar ontwikkelplan waarbij de ouder(s) en het kind gedurende meerdere jaren worden begeleid. Soms is het niet mogelijk of niet in het belang van het kind om thuis te blijven wonen. Dan kijken we of we een veilige plek kunnen vinden in de bredere familiekring. Pas als dit ook niet mogelijk is, zorgen we voor een pleegfamilie buiten de eigen familie of vangen we een kind op in een SOS kinderdorp of gezinshuis in de gemeenschap. Belangrijk in dit proces is dat kinderen, als het enigszins mogelijk is, wel contact houden met de familie. Daardoor blijven familierelaties en de binding in stand. Kinderen houden zo tegelijk ook feeling met hun cultuur en gevoel van identiteit. We weten uit ervaring dat dit helpt om angsten te verminderen en mogelijke emotionele barrières bij kinderen te slechten, bijvoorbeeld richting huidige zorgdragers.
Verantwoorde terugkeer
Bij kinderen die in een SOS kinderdorp wonen, kijken we periodiek of de thuissituatie zodanig verbeterd is, dat veilige terugkeer mogelijk is. Dit doen we in overeenstemming met richtlijnen van de VN* en op basis van een nauwkeurige afweging van de risico’s. Als we besluiten dat een kind kan terugkeren naar de eigen familie, begeleiden we dit proces zorgvuldig. Zo worden er eerst bezoekjes en daarna logeerpartijen georganiseerd. Ook als de kinderen eenmaal zijn herenigd, blijft SOS de familie monitoren en waar nodig begeleiden.
* In de UN Guidelines for the Alternative Care of Children wordt grote nadruk gelegd op de tijdelijkheid van uithuisplaatsingen als het ook maar enigszins mogelijk is de thuissituatie van kinderen weer veilig te maken. In september 2016 zijn bovendien ‘Richtlijnen voor de re-integratie van kinderen’ vrijgegeven, met als doel: overheden en zorgverleners te ondersteunen in het zorgvuldig doorlopen van het re-integratieproces van kinderen bij families in hun gemeenschappen. SOS Kinderdorpen heeft deze richtlijnen medeondertekend.

Mensah (15): "Ik ben blij dat ik weer bij mijn vader woon"
Mensah is weer thuis
Het was pijnlijk voor Joseph Adu uit Ghana om zijn kinderen naar het SOS kinderdorp te brengen, maar hij had geen keus. Zijn vrouw overleed bij de geboorte van Mensah. In zijn eentje was hij niet in staat voor zijn twee jongste kinderen te zorgen. Joseph vertelt: “Met pijn in mijn hart moest ik ze laten gaan. Ik was veel van huis om te werken en verdiende als buschauffeur te weinig om voor mijn kinderen te zorgen.”
Mensah (15) blikt terug op zijn tijd in het kinderdorp: “Het leven in het dorp was fijn. Ik voelde me er veilig en geliefd. En ik heb veel geleerd van mijn SOS moeder. Zij liet mij bijvoorbeeld vaak in het openbaar voorgaan in gebed, zodat ik minder verlegen werd.” Joseph bezocht zijn kinderen iedere maand. In 2013 trouwde hij met Victoria. Al snel werd zij aan de kinderen en het SOS team voorgesteld. Victoria: “Tijdens de vakanties kwamen de kinderen logeren. We kregen van de SOS medewerkers mee dat wij hen goed wegwijs moesten maken in ons dorp en veel over onze cultuur moesten vertellen.”
Na een tijdje besloot Joseph op advies van SOS zijn kinderen weer in zijn gezin op te nemen. “Er was nu een vrouw in huis die kon helpen. En ik kon blijven rekenen op de steun van SOS. Ik verdien nog steeds niet genoeg om onderwijs te kunnen betalen, maar dankzij SOS gaan Mensah en Afua gewoon naar school. Daar ben ik dankbaar voor.”
“Ik was best wel even verdrietig toen ik mijn SOS familie moest verlaten”, zegt Mensah. “Maar ik zoek ze nog regelmatig op. En gelukkig wende ik hier gauw. Ook al kan mijn vader me niet altijd geven wat ik nodig heb, ik ben blij dat ik bij hem woon. Ik denk dat het belangrijk is om bij mijn eigen familie te zijn, want dit is waar ik vandaan kom.” Zijn vader vult aan: “Ik ben zo gelukkig dat ik Mensah en Afua weer bij me heb. Nu kan ik ze zien opgroeien.

Hanaa (11) en Abdullah (9) werden na een jaar in het SOS kinderdorp gevonden door hun grootmoeder.
Herenigd met oma
Hanaa (11) en haar broertje Abdullah (9) verloren hun ouders tijdens hun vlucht uit het belegerde Oost-Ghouta in Syrië. Ze werden opgevangen in het SOS kinderdorp in Saboura, waar ze na een klein jaar werden herenigd met hun grootmoeder. “Maanden was ik op zoek naar mijn kleinkinderen”, vertelt oma. “Het was vreselijk! Ik wist niet wat er met hen gebeurd was en kon alleen maar de ergste dingen denken. Toen ik alle hoop verloren was, gaf een man mij een flyer van SOS Kinderdorpen. Daaruit begreep ik dat SOS veel gevluchte kinderen opvangt. Ik ging erheen en daar waren ze, veilig en wel!” Hanaa en haar broer woonden op dat moment bijna een jaar bij SOS moeder Wardeh. “Ze was heel lief voor ons. Het was fijn in het dorp, maar ’s nachts waren we verdrietig en misten we onze familie. We waren zo blij toen we oma zagen! We wilden gelijk met haar mee.” SOS moeder Wardeh is gelukkig dat Hanaa en Abdullah weer bij hun oma zijn. “Het is zo moeilijk om kinderen zonder familie te zien. Je ziet gewoon dat ze verscheurd worden door gevoelens. Ze hebben het goed in het dorp en voelen zich veilig, maar tegelijk missen ze hun familie verschrikkelijk. Nu zal ik Hanaa en Abdullah missen, maar dit is het beste voor hen.”
Hereniging in noodsituaties
Ook in crisissituaties doet SOS er alles aan om kinderen met hun families te herenigen. In tijden van oorlog en natuurrampen zijn kinderen het meest kwetsbaar en hebben zij de bescherming en zorg van een familie het hardst nodig. Helaas raken kinderen juist in noodsituaties hun familie vaak kwijt. Onze noodhulpprogramma’s richten zich op de zorg en bescherming van deze kinderen, bijvoorbeeld in tijdelijke zorgcentra. Van daaruit gaan we altijd op zoek naar biologische ouders of familieleden.