Mobiele kliniek maakt gezondheids­zorg beschikbaar

Een droog landschap met zandverstuivingen en doornige struiken strekt zich voor ons uit. Er is in deze Somalische regio van Ethiopië geen beschutting tegen de hitte, geen gemarkeerde weg om naar een volgend dorp te geraken en er is geen gezondheidszorg beschikbaar. Het dichtstbijzijnde districtsziekenhuis is kilometers verderop. En het is die afstand die het obstakel vormt voor de meeste mensen om noodzakelijke gezondheidszorg te krijgen. Lopen is te ver, vervoer – in driewielige gammele auto's die plaatselijk bekend staan als bajajs – te duur. De meeste gezinnen zwijgen dan ook over hun ziekte en hopen er het beste van.

Gezondheidszorg toegankelijk maken

Om levensreddende gezondheidszorg toegankelijk te maken voor deze verarmde, afgelegen gemeenschappen, financierde de Dutch Relief Alliance een mobiele kliniek die dagelijks het gebied doorkruiste om acht verschillende dorpen te bereiken waar geen gezondheidsposten waren. Het mobiele team, bestaande uit twee overheidsartsen en twee verpleegsters, verleende sinds begin februari drie maanden lang basisgezondheidszorg, gezondheidsvoorlichting en coronavoorlichting. Zij deelden ook maskers en zeep uit.

Met een megafoon maakt het team hun aanwezigheid in het dorp Wardid die dag bekend. Het is middag en de temperatuur is een verschroeiende 40 graden Celsius. De families schuilen in hun koele ronde hutten gemaakt van modder en stokken, en bedekt met gras. De man met de megafoon herhaalt zijn oproep. Langzaam komen moeders met baby's en jonge kinderen op sleeptouw naar buiten. Ze krijgen een masker op en naderen de kliniek die zich onder een provisorische tent bevindt.

Blij met de kliniek

Onder de mensen is de 40-jarige Bishaaro. Ze komt naar de mobiele kliniek met haar jonge zoon. Hij heeft ontstoken amandelen en zelf heeft ze pijn aan haar rug en been. Nadat ze bij de dokter aan de eerste tafel hun kwalen heeft beschreven, ontvangt ze een recept. Ze mag door naar de tweede tafel, die vol met medicijnen ligt en waar Hasan zit, een klinisch medewerker. Hij geeft Bishaaro en haar zoon de medicijnen die ze nodig hebben.

"Ik ben heel dankbaar voor alle medicijnen die mijn kind en ik hebben gekregen. Ik hoop dat we ons beter voelen na het innemen van de tabletten," zegt Bishaaro. "We zijn blij dat de kliniek er is. De ziekenhuizen zijn erg ver weg van hier en ik heb geen geld om bajajs te betalen naar de stad, zelfs niet om mijn eigen kinderen te laten behandelen. We hebben niet genoeg geld om te eten, laat staan om naar het ziekenhuis te gaan. Het is moeilijk voor mij om naar de dokter te gaan als de kinderen of ik ziek worden," vertelt ze over haar situatie.

Levens redden

"Veel mensen zijn vandaag gekomen voor een controle en behandeling”, zegt Hasan. "Dit is de kwetsbare groep in de gemeenschap. Zoals u kunt zien, bestaat 95 procent van degenen die vandaag naar de kliniek komen uit vrouwen tussen de 15 en 49 jaar oud en kinderen jonger dan vijf jaar. De meest voorkomende kwalen bij kinderen zijn diarree, huidinfectie, huiduitslag en longontsteking. Volwassenen hebben last van malaria, urineweginfectie (UTI) en buik en darminfecties. Veel problemen zijn te wijten aan het gebrek aan schoon drinkwater. We kunnen behoorlijk wat zorg bieden, maar er zijn ook problemen die we niet op kunnen lossen. Dan moeten we de mensen toch verwijzen naar het districtsziekenhuis in Gode.” Waar hij zelf ook werkt als hij niet met de mobiele kliniek onderweg is.

“Onze mobiele kliniek behandelt dagelijks 40 tot 60 patiënten, daar redden we echt levens mee.”

Hij voegt eraan toe: “Mensen in deze arme gemeenschap lopen het risico hun leven te verliezen door behandelbare ziekten, omdat zij niet op tijd medische zorg krijgen. Onze mobiele kliniek behandelt dagelijks 40 tot 60 patiënten, daar redden we echt levens mee.”

Geen geld om naar het ziekenhuis te gaan

Ook Daweeya, 24, is naar de kliniek gekomen met haar twee jaar oude dochter. Ze luistert naar de man met de megafoon die voorlichting geeft over hygiëne, terwijl ze geduldig wacht tot ze aan de beurt is om met de dokter te spreken. Haar kind heeft al vijf dagen ademhalingsproblemen, maar Daweeya heeft haar gewoon thuis gehouden. Ze had geen geld om met haar naar het ziekenhuis te gaan.

De laatste keer dat Daweeya met haar dochter voor dezelfde kwaal naar het districtsziekenhuis ging, heeft ze ongeveer 4000 birr (77 euro) moeten uitgeven. "Ik kan me al dat geld niet veroorloven. Met het inkomen van de boerderij kunnen we alleen de kosten voor voedsel betalen. En soms is het niet eens genoeg. We kunnen ons niet veroorloven om geld uit te geven aan andere zaken, ook niet als het om onze gezondheid gaat. We hebben veel baat gehad bij deze mobiele kliniek, want als zij er niet waren geweest, hadden we geen medicijnen gekregen om de ziekten waaraan we lijden te genezen." Ze neemt de medicijnen van haar dochter aan en schuifelt met haar dochter in haar armen terug naar de koelte van hun hut.